De voorgenomen decentralisatie van de AWBZ-begeleiding naar gemeenten met ingang van 1 januari 2015 betekent ook dat het vervoer naar dagbesteding locaties onder verantwoordelijkheid van de gemeente komt te vallen. De overdracht van taken gaat gepaard met een (forse) korting op de budgetten en stelt gemeenten (en andere partijen) voor een grote opgave. Een opgave die vraagt om een aanpak waarbij er meer in beweging komt dan het AWBZ-vervoer alleen!
Voor de gemeenten in regio Zuid-West Drenthe (Hoogeveen, Meppel, Midden-Drenthe, Westerveld en De Wolden) is CMO STAMM bezig met een traject om in gezamenlijkheid met het veld te komen tot een visie, strategie en uitvoeringsplan voor vervoer.
Duidelijk is dat de huidige situatie, mede vanuit financieel perspectief bezien, niet kan blijven bestaan. Er moeten keuzes worden gemaakt. Dit vraagt om antwoorden op vragen als:
Om deze en andere vragen te kunnen beantwoorden is het belangrijk om zicht te hebben op alle vervoersstromen. Ook zal de gemeente een duidelijke visie moeten hebben op de organisatie van de compensatie van de burger. Het AWBZ vervoer kan dus niet als een op zichzelf staand thema worden beschouwd, maar moet in samenhang worden bezien met (de organisatie van) andere vervoersstromen zoals het leerlingenvervoer, het Wmo vervoer en het reguliere Openbaar Vervoer. Afstemming en samenwerking met relevante partijen is daarbij onontbeerlijk. Ook zal gekeken moeten worden naar samenhang met voorgenomen (gemeentelijk) beleid op het gebied van zorg en ondersteuning, leefbaarheid en accommodaties.
De aanpak bestaat uit vier fases:
Het eindresultaat is een plan van aanpak (inclusief tijdpad) op grond waarvan de gemeenten in de regio Zuidwest-Drenthe het personenvervoer (in samenhang) kunnen gaan organiseren.
In regio Zuidoost-Drenthe loopt parallel een soortgelijk traject waar CMO STAMM als verbinder optreedt. In Noordwest-Overijssel is CMO STAMM inmiddels voor de gemeenten Staphorst, Kampen, Steenwijkerland en Zwartewaterland ook begonnen met een inventarisatie naar de vervoersstromen.
In Nieuw Dordrecht wordt nagedacht over het mogelijk opzetten van een dorpscoöperatie. Daarover vindt nu eerst een breed debat van de dorpsbewoners plaats. Insteek is vooralsnog, afhankelijk van wat het dorpsdebat oplevert, dat het dorp in bedrijfsmatige vorm werkzaamheden gaat overnemen van gemeente en andere instanties.
De noodzaak om als overheid meer bij de samenleving neer te leggen en de wens van burgers individueel en collectief de regie te hebben over hun eigen leven en omgeving vergt andere afspraken en nieuwe vormen van samenwerking tussen burger en overheid.
De burger die de regie grijpt kan af en toe best een duwtje en de nodige facilitering gebruiken. En bij de overheid moeten de knoppen om: er is een andere bestuurscultuur nodig op weg naar een nieuw samenwerkingsmodel tussen burger en overheid. Het gaat om “overheidsparticipatie”: de overheid werkt mee aan, ondersteunt, faciliteert, desnoods financiert, de initiatieven die burgers nemen.
Burgerkracht en overheidsparticipatie moeten leiden tot “loslaten” door overheid en instanties. Dat vereist een andere rol van de ambtenaar en het bestuur.
Insteek is dat we niet vanachter de bureaus moeten gaan verzinnen hoe het ‘loslaten’ vorm krijgt.
• Een brainstorm over loslaten bij burgerinitiatieven.
• Een ronde waarbij betrokken ambtenaren elkaar 1 op 1 bevragen over loslaten.
• Stappen naar Burgerkracht: Verder praten over loslaten tijdens een wandeltocht
• Verbinden van ambtenaren met burgers, ze écht met elkaar in contact brengen
De nieuwe rol tekent zich af.
Het proces van loslaten is in gang gezet en er ligt een helder stappenplan, benoemd door de ambtenaren zelf, welke stappen binnen de gemeente gezet moeten worden.
In Nieuw Dordrecht hebben bewoners en Emmen Revisited samen een dorpsprogramma opgesteld. In dat kader is de gedachte ontstaan om in Nieuw Dordrecht een ‘dorpscoöperatie’ op te zetten.
Uitgangspunt van een Nieuw Dordse dorpscoöperatie is dat van oorsprong overheidstaken, tegen betaling en op basis van zakelijke afspraken, worden overgedragen aan een bewonersbedrijf. Verondersteld wordt dat dit goedkoper/effectiever is en voor de burgers in het dorp de keuzevrijheid vergroot. Het dorp kan er bijvoorbeeld voor kiezen het openbaar groen anders in te richten. Er ontstaat grip op de eigen leefsituatie evenals meer samenhang (‘geluk’).
Het slagen van dit initiatief staat of valt met het empoweren van alle bewoners van Nieuw Dordrecht: de gemeenschap moet ‘er helemaal voor gaan’ (draagvlak, omarmen keuzevrijheid, inzicht in de te maken kwaliteitsslag), er zijn ‘koplopers’ nodig die de kar gaan trekken en een flinke groep ‘doeners’ die uitvoering gaan geven aan het werk dat voorheen de gemeente in het dorp deed.
Opzetten Dorpse Kopgroep en professionals
In de beginfase moeten we koplopers vinden, mensen die het proces op gang willen trekken en daartoe in een Kopgroep willen plaatsnemen.
Centrale boodschap: de dorpsgemeenschap gaat in debat met als thema ‘het vergroten van de invloed van bewoners op hun eigen leefomgeving’.
Meer grip ontstaat van onderop
De Kopgroep organiseert dat bewoners deur aan deur met elkaar aan de praat gaan. Eén bewoner-gesprekvoerder op tien huishoudens. Zo wordt iedereen gevonden en kan iedereen zowel een mening geven als getriggerd worden mee te gaan doen. In de bewonersgesprekken stelt men niet de vraag wat bewoners van het opzetten van een Dorpscoöperatie vinden (dat is tenslotte maar een middel). Bewoners voeren onderling het gesprek over hoe men zelfbestemming en keuzevrijheid (waar het gaat om zaken als het openbaar groen etc.) inhoud zou willen geven, wat men dan zou willen of zou willen veranderen.
Ambtelijke en bestuurlijke betrokkenheid
Parallel aan de bewonersgesprekken wordt onder meer met behulp van studenten/onderzoekers de productbegroting van de gemeente Emmen – en waar mogelijk van andere partijen die bij de dorpscoöperatie betrokken willen zijn danwel budget/taken willen overdragen – doorgevlast. Bepaald wordt wat de consequenties zijn van het overdragen van budgetten aan de dorpscoöperatie.
Uitvoering
Dan is het dorp toe aan de uitvoering: het daadwerkelijk opzetten van een organisatie, het bepalen van een structuur, het organiseren van het werk, logistiek, financiën.
De Dorpscoöperatie is een feit, de resultaten worden bekend en is het project klaar om ‘uitgerold’ te worden.
De decentralisatie van o.a. de functie begeleiding naar de gemeentelijke Wmo heeft ervoor gezorgd dat termen als ‘zelfverantwoordelijkheid’, ‘participatie’ en het inzetten van ‘eigen kracht’ bij elke speler in het sociale veld op het netvlies staat. Het invulling geven aan deze termen heeft in de praktijk nogal wat voeten in de aarde. Betekent eigen kracht en zelfverantwoordelijkheid van cliënten bijvoorbeeld dat je als gemeente een afwachtende houding aan moet nemen? En kun je als zorgaanbieder volledig uitgaan van de mondigheid van de cliënten? Of zijn er altijd mensen die hulp nodig hebben bij het onderkennen en formuleren van hun vraag?
De gemeente Midden-Drenthe wil haar burgers goed informeren over de komende decentralisatie(s), over de werkwijzen, de verwachtingen van zowel de gemeente als van de burgers. Dit doet ze door het opstellen en uitvoeren van een communicatieplan. Maar de gemeente realiseert zich dat een communicatieplan alleen niet voldoende is om ook een gedragsverandering teweeg te brengen. Want de decentralisatie vraagt ook iets van de burgers. Hoe zorgt de gemeente ervoor dat ze in hun kracht komen en blijven, dat de burger regie neemt en houdt, zelf gaat en blijft doen, wat hij kan en dat ze eerst de hulp vragen van hun netwerk, voordat ze naar de gemeente komen.
Wat zijn de valkuilen, aandachtspunten en goede voorbeelden waar de gemeente Midden-Drenthe rekening mee kan houden met betrekking tot activiteiten en acties naar burgers toe over de kanteling in de Wmo. Hoe kan sociale marketing dit verhelderen?
Sociale marketing is een bewezen effectieve methodiek gericht op de drijfveren van de doelgroep (de burgers). Waarom stappen ze nu meteen naar de gemeente? Waarom doen ze wat ze doen. We gaan uit van het huidige gedrag in plaats van het gewenste gedrag. Vanuit het huidige gedrag kunnen we gerichte interventies en communicatieactiviteiten inzetten om tot een gedragsverandering te komen. Ook gaat het uit van uitwisseling; wederkerigheid.
CMO STAMM voert de eerste twee stappen van het sociale marketingtraject uit:
Scopefase
In de Scopefase doen we deskresearch. Wat is er bekend over de doelgroep, hun omgeving en het huidige en gewenste gedrag? We zoeken in wetenschappelijke theorieën en databases naar informatie die relevant is voor het vraagstuk van de gemeente Midden-Drenthe.
Een belangrijk aspect van sociale marketing is het betrekken van partners. Partners die het gedrag van de doelgroep beïnvloeden, maar wellicht ook kunnen helpen bij de gedragsverandering.
Na de deskreseach interviewen we relevante partners.
Ontwikkelfase
In de ontwikkelfase wordt een helder advies geschreven voor de gemeente. Wat zijn aandachtspunten en valkuilen in de communicatie naar burgers? Moet er wellicht meer specifiek gesegmenteerd worden in doelgroepen? Hoe dan? Het advies zorgt ervoor dat de gemeente naast communicatie, ook handvatten heeft welke andere mogelijkheden er zijn om gedragsverandering bij de doelgroep te realiseren.
Een adviesrapport met wetenschappelijk onderbouwde aandachtspunten, waarbij gebruik gemaakt is van gedragswetenschappen, die aan de hand van de marketing mix vertaald zijn naar concrete tips en activiteiten. Op dit moment loopt het traject nog. Zodra dit advies klaar is, vindt u op deze website een samenvatting hiervan.
De gemeente Hoogezand-Sappemeer wil de sociaal-economische problematiek in de wijk Gorecht-West aanpakken. Ze vindt het belangrijk dat de bewoners zelf actief bijdragen aan het vergroten van hun maatschappelijke kansen.
De bewoners van Gorecht-West in hun kracht helpen om hun participatiekansen te vergroten
De samenwerking tussen diverse lokale partijen en bewonersorganisaties bevorderen om het integraal werken te optimaliseren
Het uiteindelijke doel is het creëren van een wijk waar mensen plezierig en met een veilig gevoel wonen.
Om aan te sluiten bij de kracht van de mensen: huisbezoeken afleggen om hun behoeften te achterhalen
Om efficiënt en effectief te kunnen handelen werken we met de frontlijnaanpak: één huishouden, één plan, één regisseur.
Is het nu een saaie boel in en rond Sleen? Is het ongezellig? Nee, dat niet. Maar we zien bijvoorbeeld dat toeristen niet in het dorp blijven hangen, ondanks de wandel- en fietsroutes in het gebied. We zien her en der panden leeg staan, ondanks de ondernemersgeest in en rond Sleen. En MFC De Brink heeft het moeilijk, nu gebruikers met minder geld moeten rondkomen en er minder verhuurd wordt.
Ondernemers en inwoners zijn op zoek naar bruisende nieuwe initiatieven. Ze willen de reuring en de levendigheid in het dorp vergroten. Zodat bezoekers het er naar hun zin hebben, de eigen bewoners er nog meer vinden wat ze zoeken en daarmee de gezelligheid en de saamhorigheid groeien.
Met burgerkracht en ondernemerschap willen de Sleners hun centrum zo aantrekkelijk maken dat mensen er graag vertoeven en er blijven hangen. Dat ondernemerschap is ook nodig voor het versterken van het multifunctionele centrum. De reuring die dit veroorzaakt draagt bij aan de leefbaarheid en de samenhang.
Met steun van CMO STAMM gaat een Kopgroep van bewoners en ondernemers deur aan deur mede-bewoners interviewen. Daarnaast wordt een schriftelijke enquête onder ondernemers gehouden.
Met deze input maken Kopgroep en CMO STAMM een plan. Op welke punten kan de levendigheid in het dorp versterkt worden? Hoe houden we mensen vast in Sleen? Hoe kan rond het MFC een verdienmodel gecreëerd worden waar ook de leefbaarheid mee wordt versterkt?
Een concreet plan van aanpak voor Sleen. Bewoners en ondernemers nemen de regie en steken de handen uit de mouwen.
In Oude Pekela ligt aan de Sportlaan een sportpark. Naast sportverenigingen herbergt het ook een basisschool en de brandweerkazerne. En het voormalige zwembad op het park wordt momenteel omgebouwd tot sporthal/dorpshuis. Deze “parkbewoners” willen op weg naar meer duurzaamheid waarmee zij tegelijk ook de kosten willen drukken. De Pekelders hebben geen dikke portemonnee en de sport moet voor iedereen toegankelijk blijven. De initiatiefnemers hebben het duurzaamheidsproject inmiddels de geuzennaam ‘Het Sportlaancollectief’ gegeven. Hoewel ook de gemeente betrokken is, is Het Sportlaancollectief van en voor betrokkenen: burgerkracht.
Het Sportlaancollectief wil CO2-neutraal worden en de kosten van energie en afvalverwerking drukken. Het ‘verdienmode’ dat de initiatiefnemers willen opzetten moet ertoe leiden dat iedereen in Oude Pekela kan blijven sporten.
De initiatiefnemers hebben samen met CMO STAMM verkend welke thema’s ze willen aanpakken rond het park. Naast energie en afvalmanagement denken ze onder meer ook aan veiligheid en armoedebeleid. Het Sportlaancollectief realiseert zich dat een fasering nodig is: je kunt niet met alle thema’s tegelijk aan de slag. De initiatiefnemers kiezen ervoor van start te gaan met energie en educatie.
CMO STAMM heeft gesprekken gevoerd met de partijen op het park en met ondernemers en deskundigen. Hieruit is een plan voortgevloeid met vier aandachtsvelden:
Volgende stappen in Pekela zijn:
Een plan voor de korte termijn: Kopgroep wordt ingesteld en gaat met vier aandachtsvelden aan het werk.
De gemeente Borger-Odoorn heroverweegt een aantal publieke voorzieningen in het kader van economisch tij en beperkte gemeentefinanciën. Het zwembad in Valthermond was één van de voorzieningen waar een flinke besparing op moet worden bereikt. Sluiting leek vooralsnog de manier om die besparing op korte termijn te kunnen bereiken.
Daarop besloten de bewoners van Valthermond een alternatief te bedenken: het zwembad omzetten in een dorpsbedrijf, een echte OmmeZwaoi. Het zwembad – zo stelt het dorp – vervult een belangrijke sportieve en sociale rol in het dorp.
Zwembad De Zwaoi in Valthermond wil als zelfstandig ondernemend initiatief voortbestaan en daarmee:
• Het zwembad behouden voor het dorp
• CO2-neutraal werken
• Gezond bewegen stimuleren
• Een centrale ontmoetingsplek in het dorp zijn voor alle bewonersgroepen
• Mensen met een achterstand tot de arbeidsmark en/of een beperking een goede werkplek bieden
• Een kans bieden om te leren en te werken aan nieuw ondernemerschap.
CMO STAMM begeleidde het proces van start tot business case
Centrale doelstelling van het project was het ontwikkelen en implementeren van een VIP-methodiek, gericht op het toepassen van vrijwilligerswerk en -activiteiten als actief participatie-instrument voor sociale activering, inspiratie en motivering van niet-westerse burgers in Nederland die in een sociaal isolement verkeren of dreigen te geraken.
Actieve deelname en betrokkenheid bij vrijwilligerswerk vanuit de eigen wijkomgeving is een zeer succesvol instrument gebleken voor sociale integratie van mensen die zich in een sociaal isolement bevinden. Wanneer mensen via participatie in vrijwilligerswerk of vrijwilligersprogramma’s uit hun isolement komen, vormen juist zij de beste ambassadeurs om ook anderen, in een vergelijkbare situatie, te stimuleren hun eigen sociale isolement te doorbreken.
Actieve deelname en betrokkenheid bij vrijwilligerswerk vanuit de eigen wijkomgeving is een zeer succesvol instrument gebleken voor sociale integratie van mensen die zich in een sociaal isolement bevinden. Wanneer mensen via participatie in vrijwilligerswerk of vrijwilligersprogramma’s uit hun isolement komen, vormen juist zij de beste ambassadeurs om ook anderen, in een vergelijkbare situatie, te stimuleren hun eigen sociale isolement te doorbreken.www.vip-aim.nl
Rol/role CMO STAMM | Leadpartner |
Subsidieregeling/funding | Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkszaken/ Europees Integratiefonds (EIF) |
Projectcode | VIP – Vrijwilligers Inspiratie Prakticum |
Omschrijving/description | Centrale doelstelling van het project was het ontwikkelen en implementeren van een VIP-methodiek, gericht op het toepassen van vrijwilligerswerk en -activiteiten als actief participatie-instrument voor sociale activering, inspiratie en motivering van niet-westerse burgers in Nederland die in een sociaal isolement verkeren of dreigen te geraken. |
In dit project is in Europees verband verkend hoe je de kansen voor jongeren met een beperking of met een grote afstand tot de arbeidsmarkt kunt vergroten.
This project ran between 2011 and 2013 with the aim to give young people with disabilities and/or at risk of exclusion the opportunity to expand their job-related experiences and to acquire professional skills in other EU countries. Also it focused on how to get professionals working in the VET system (teachers, trainers etc.) and young people informed, motivated and accompanied in the context of transnational mobility.
Rol/role CMO STAMM | Partner |
Subsidieregeling/funding | Leonardo – LLP |
Projectcode | 2011-1-SE1-LEO05-8369 |
Website | http://www.yes-forum.eu/projects/archive/ |
Een vijfdaagse workshop voor professionals, vrijwilligers en mantelzorgers. Deelnemers maakten kennis met nieuwe benaderingen om de draaglast te verminderen. In totaal waren er 22 deelnemers uit 9 landen. Resultaat: mantelzorgers ervaren in Europa dezelfde drempels en emoties. De mantelzorgondersteuning lijkt in Nederland ideaal. In andere landen is echter een sterker familieleven. Als je de druk op mantelzorgers wilt verminderen, is samenwerking met familieleden en de ondersteuning essentieel.
A 5-days educational workshop for professionals, volunteers and individuals who take care of relatives. During these 5 days participants learned new approaches how to relief the burden of informal carers. In total 22 participants from 9 different countries. Outcome: informal carers feel the same barriers and have the coop with similar emotions. The well organised support for informal carers in the Netherlands may seem ideal, other countries have a far stronger family life. If you want to relief the burden of informal carers, collaboration between family members and between supporting systems are essential.
Rol/role CMO STAMM | Leadpartner |
Subsidieregeling/funding | Grundtvig |
Projectcode | 2010-1-NL1-GRU13-03051 |
Website | n.v.t. |
Federation4Women is een netwerk voor vrouwelijke ondernemers in Noord-Duitsland en Noord-Nederland. Federation4Women ondersteunt vrouwen bij het opzetten van een gezonde en levensvatbare onderneming in de krimpgebieden tussen Emden (D) en Emmen (NL).
Rol/role CMO STAMM | Partner |
Subsidieregeling/funding | Interreg IVA Net(z)werk |
Website | www.federation4women.eu |