Deel dit bericht.
“Bewoners zetten zich meer in voor leefbaarheid en hulp aan buren”
In mooie dorpen zijn bewoners actiever
22 januari 2015
In dorpen met een bovengemiddeld mooie ligging zijn bewoners iets vaker actief dan in andere dorpen. Ze zetten zich meer in voor leefbaarheid en hulp aan buren. Deze bewoners hebben een relatief sterke lokale binding. Dit blijkt uit de publicatie Dichtbij huis, Lokale binding en inzet van dorpsbewoners van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP).
Rond de stad onderscheiden bewoners van mooiere dorpen zich door meer inzet voor de leefbaarheid (36 versus 32%) en de omgevingskwaliteit (18 versus 11%). Op het meer afgelegen platteland onderscheiden bewoners van mooie dorpen zich door meer inzet voor de leefbaarheid (38% versus 35%) en een grotere hulpbereidheid jegens buren en buurtgenoten (19 versus 16%).
Zwakke sociale binding in kleinste dorpen
Bewoners van de kleinste dorpen zijn vaker dan bewoners van grote dorpen actief voor de leefbaarheid. Dit verschil wordt niet verklaard door verschillen in binding. Een opvallende uitkomst is dat bewoners van de kleinste dorpen weliswaar een sterke culturele en landschappelijke binding ervaren, maar een zwakke functionele en sociale binding hebben met hun dorp.
Oudere dorpsbewoners minder sociale contacten in het dorp
Dorpsbewoners van 75 jaar en ouder zijn functioneel sterk aan het dorp gebonden: terwijl bijvoorbeeld twee derde van de jongeren (vrijwel) dagelijks buiten het dorp komt, is dit onder deze ouderen maar 9%. Hoewel contacten met dorpsgenoten een groter deel van hun netwerk uitmaken, hebben zij er relatief weinig: 9% van hen kent geen dorpsgenoten die zij om hulp kunnen vragen en een derde voelt zich niet door dorpsgenoten gewaardeerd.