Tekst vergroten Tekst verkleinen Letter afstand vergroten Letter afstand verkleinen
sluitend netwerk van respijtzorg in het Westerkwartier.

Gelukkig respijtzorg. Werk aan de winkel!.

Mantelzorg, vrijwillige zorg en respijtzorg zijn belangrijke pijlers in het sociale domein. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het optimaal vormgeven van mantelzorgondersteuning (Wmo-beleid). Nog te vaak is respijtzorg het laatste redmiddel, maar de gemeente Westerkwartier kiest voor een andere aanpak! Samen met mantelzorgers, (zorg)vrijwilligers, (zorg)professionals en beleidsmakers gaan zij op zoek naar de vraag achter de vraag van mantelzorgers. Met als doel om de vraag en aanbod van respijtzorg (nog) beter op elkaar af te stemmen.

Tijdig en doordachte respijtzorg

Begin 2019 meldde de gemeente zich enthousiast aan voor de ontwikkeling van vroegtijdige vormen van respijtzorg. CMO STAMM riep toen regio’s op om vormen van tijdig en doordachte respijtzorg te ontwikkelen. De gemeente Westerkwartier bestaat sinds 1 januari 2019 en telt zo’n 16.550 mantelzorgers (Voor elkaar?, Sociaal Cultureel Planbureau 2017). De welzijnsinstelling voert het mantelzorgbeleid uit in de gemeente.

Belangrijke vragen die openstonden, waren:

  • Mantelzorgers, wat hebben jullie nodig om je goed te (kunnen blijven) voelen?
  • Hoe kunnen (zorg)vrijwilligers en (zorg)professionals hieraan een positieve bijdrage leveren?

In de nieuwe gemeente is ervoor gekozen om het concept positieve gezondheid als uitgangspunt te nemen in de ontwikkeling en uitvoering van het gemeentelijk beleid. Bij dit concept staat de beleving en behoefte van de mens centraal. Door het voeren van het ‘andere gesprek’ en de brede blik naar binnen krijgen mensen inzicht en grip op hun eigen beleefde gezondheid. Ook stimuleert het hen om na te denken waar hun vermogens en wensen liggen. Dit is een belangrijke voorwaarde voor passende respijtzorg.

In Nederland is er sprake van een paradox: mantelzorgers voelen een tekort aan respijtzorg, terwijl aanbieders juist een onderbenutting van hun voorzieningen ervaren. In het Westerkwartier is dat niet anders: er wordt weinig gebruik gemaakt van kortdurend verblijf (maatwerkvoorziening in de Wmo). De gemeente wilde weten wat hiervan de reden is en wat de wensen en behoeften van mantelzorgers zijn.

Bijeenkomst Gelukkig respijtzorg. Werk aan de Winkel!

Mantelzorger word je niet, het overkomt je. Omdat je partner, kind, buurtgenoot of iemand anders waarvan je houdt ineens zorg nodig heeft. Op 7 november 2019 kwamen ruim 70 mensen naar De Postwagen in Tolbert. Al snel bleek dat vrijwel iedereen mantelzorger is, of is geweest. Van de 70 mensen hadden zich 10 als mantelzorger opgegeven, maar ook onder de (zorg)vrijwilligers en (zorg)professionals bleken vele mantelzorgers te zijn. Ook Bert Nederveen, wethouder, weet wat het betekent om een mantelzorger te zijn. De gemeente waardeert de inzet van mantelzorgers enorm. Waar andere gemeenten De Dag van de Mantelzorg vieren, viert men in het Westerkwartier de Week van de Mantelzorg, met elke dag activiteiten voor mantelzorgers.

Op 7 november is er flink met elkaar gedroomd over een sluitend netwerk van respijtzorg in het Westerkwartier. Opvallende feiten die nu al te noemen zijn:

  • Vrijwel alle aanwezigen zijn mantelzorger, of zijn dat geweest.
  • Vrijwel alle aanwezigen verwachten zelf ooit een mantelzorger nodig te hebben.
  • Er is echt werk aan de winkel!
  • Er is heel veel behoefte aan informatie (vindbaarheid en uitwisseling over mantelzorgondersteuning en respijtzorg).

Of je nu een mantelzorger, vrijwilliger of professional bent in het Westerkwartier, er is een enorme behoefte aan informatie over mogelijke vormen van ondersteuning aan mantelzorgers. Men weet deze erg moeilijk te vinden. De communicatie tussen de mantelzorger/naaste en professionals vraagt soms ook nog om versterking. Verder kwam vraagverlegenheid van een mantelzorger ook regelmatig naar voren. Hoe kun je nu tijd voor jezelf vragen als de zorg rond je partner, kind of buur niet verzekerd is? Hoe leer je loslaten zonder een schuldgevoel te hebben? En waar vind je dan hulp?

Of zoals mantelzorgers het verwoordden: “Als ik mijn arm breek. Hoe regel ik dan dat mijn zieke en afhankelijke partner niet opgenomen moet worden?” Of: “Wat gebeurt er met mijn gezin als er iets met mij gebeurt, ziek of ziekenhuis?”.

De bijeenkomst werd georganiseerd door:

Hoe nu verder?

CMO STAMM bundelt alle ideeën en presenteert dit aan de gemeente en de welzijnsinstelling.

In de provincies Groningen en Drenthe zijn veel verschillende organisaties en initiatieven actief. CMO STAMM ondersteunt samen met de Ideeënbank Groningen en Burgerkracht in Drenthe initiatieven en organisaties met het versterken van hun organisatiekracht. Initiatiefnemers en professionals kwamen bij het Kenniscafé Burgerkracht Groningen en Drenthe samen om van elkaar en met elkaar te leren wat er nodig is om als initiatief langdurig gezond te blijven.

Kenniscafé; kennis van inwoners zelf

Tijdens het kenniscafé op 17 oktober! vertelden Dorpscoöperatie Gasselternijveen en het initiatief Colourful het Hogeland over hun initiatieven. Deelnemers konden de initiatiefnemers vragen stellen en tips geven. Vervolgens ging de deelnemers met elkaar in gesprek en wisselden tips en goede ideeën uit om hun initiatieven en organisaties sterker te maken voor de toekomst.  CMO STAMM organiseerde deze bijeenkomst in samenwerking met de Ideeënbank Groningen en Burgerkracht in Drenthe.

De startupfase is voorbij en dan?

Het is een herkenbare vraag voor succesvolle bewonersinitiatieven, maar ook voor organisaties die al decennia lang succesvol draaien. De periode van ongekend enthousiasme, dromen en ambities en van startsubsidies is voorbij, en dan? Vraagstukken rond de doelstelling, rond duurzame financiering, het vasthouden van vrijwilligers, verantwoordelijkheden van de trekkers en verhoudingen met de omgeving gaan sterker een rol spelen. En dan is het leerzaam om te horen hoe anderen dat doen.

Dorpskracht in Gasselternijveen

In Gasselternijveen bruist het van de burgerinitiatieven. Het dorp heeft zich, met succes, ingezet voor behoud van de supermarkt. Er is een dorpsenquête uitgevoerd die wensen en eigen inzet voor de toekomst in beeld bracht. De kracht van inwoners bleek een doorslaggevende factor voor het realiseren van succesvolle initiatieven. Hoe pakte Gasselternijveen dat aan? Welke tips hebben zij voor anderen en hoe zorgt het dorp ervoor dat de initiatieven duurzaam zijn? Piet Wolters, voorzitter dorpscoöperatie De Brug in Gasselternijveen, en Fenna Bolding, adviseur CMO STAMM, namen de aanwezigen mee in het verhaal van Gasselternijveen met waardevolle ervaringen, lessen en adviezen.

Colourful het Hogeland

Bij Stichting Colourful Het Hogeland is iedereen met buitenlandse ‘roots’ van harte welkom. Vanuit trots, talent en cultuur willen ze dat iedereen zich thuis voelt. Dat doen ze door mensen in contact te brengen met mensen, verenigingen en bedrijven die bij elkaars interesses passen. Om begrip te krijgen en van elkaar te leren. Colourful Het Hogeland organiseert het hele jaar activiteiten, zoals met elkaar muziek maken, samen koken, knutselen en sporten. Door mee te doen aan deze activiteiten, maak je snel contact met anderen. Zo voel je je al snel thuis.

 

Ideeën delen en samen oplossingen bedenken

Initiatieven en organisaties zijn vaak heel goed in staat oplossingen te bedenken op vraagstukken, maar zelden delen ze deze met elkaar.

Tijdens het kenniscafé vertelden twee initiatieven hoe zij het op de langere termijn volhouden om hun doelen na te streven. Ze bespraken de drempels en uitdagingen en welke oplossingen ze hebben ontwikkeld. Dorpscoöperatie Gasselternijveen gaf aan dat het heel zinvol is om te kijken welke kosten je bespaart met je activiteiten die anders door de gemeente werden betaald. Op die manier kun je aantonen wat je initiatief eigenlijk oplevert en kun je mogelijk budget van de gemeente overnemen. Vaak kunnen bewoners heel efficiënt werken, waardoor er budget over blijft om lokaal andere dingen te verbeteren. Een andere financieringsmethode die heel succesvol kan zijn is crowdfunding. In Gasselternijveen lukte het om het dorp duizenden euro’s bij elkaar te laten brengen voor een dorpswinkel. En nu de winkel er is, voelen veel meer inwoners zich verantwoordelijk voor haar voortbestaan.

Colourful Het Hogeland vertelde dat zij heel bewust aansluiten bij bestaande initiatieven en projecten. Dat zorgt ervoor dat ze zelden als concurrent worden gezien en dat ze relatief weinig werk hebben van grote activiteiten waar veel bezoekers op af komen. Bovendien versterken ze zo bestaande activiteiten en ontwikkelen ze zelf een enorm netwerk, wat weer goed aansluit op hun eigen doelstellingen.

Andere tips die deelnemers met elkaar deelden waren:

  • Doe goed onderzoek om de vraag van je mede-inwoners op te halen. Daarmee toon je draagvlak aan en betrek je mensen bij het initiatief, maar zorg je ook dat je de juiste dingen ontwikkelt.
  • Samen eten werkt altijd! Het is redelijk laagdrempelig en verbindt mensen direct. Als je het leuk hebt met elkaar, sluiten er vanzelf andere mensen aan.
  • Laat bij grotere projecten altijd een degelijk haalbaarheidsonderzoek doen, zodat je partners en investeerders kan overtuigen.
  • Begin gewoon ergens met een klein onderdeel. Dan kun je de ideeën testen en kun je het langzaam uitbouwen en verbreden.

Toepassen van onderzoek in initiatieven

Eén van de agendapunten het toepassen van onderzoek in initiatieven. De mini-infographic ‘Meten = weten’ geeft weer hoe onderzoek kan helpen bij het realiseren van initiatieven en projecten.

De mini-infographic 'Meten = weten' geeft weer hoe onderzoek kan helpen bij het realiseren van initiatieven en projecten.

We’re gonna do it anyway

De avond werd afgesloten met de wel heel bijzondere tip om regelmatig naar het nummer Something Inside so Strong te luisteren van Labi Siffre. Vooral de zin “Just look him in his eyes and say: we’re gonna do it anyway” maakte dat de deelnemers vol nieuwe energie de deur uitgingen.

De mini-infographic ‘Meten = weten’ geeft weer hoe onderzoek kan helpen bij het realiseren van initiatieven en projecten. Deze is gemaakt n.a.v. een kenniscafé van de Ideeënbank en CMO STAMM

Infographic Meten = weten

CMO STAMM deed onderzoek naar kinderen in armoede in de Veenkoloniën. Eén van de conclusies is dat bijna de helft (47.9%) van de jonge eenoudergezinnen met minderjarige kinderen onder de lage inkomensgrens zit. Dat betekent dus simpelweg te weinig geld.

2.500 kinderen in armoede

Was er over de jaren 2014-2016 nog een daling te zien van kinderen die tenminste 1 jaar in gezinnen opgroeiden met een inkomen behorend tot de lage inkomensgrens, in 2017 nam dit aantal weer toe. Bekijk je de groep die vier jaar of langer tot de lage inkomensgrens behoort, dan blijft het aantal vrijwel stabiel. Maar we hebben het wel over zo’n 2.500 kinderen in deze regio. De meeste van hen wonen in de bovenste helft van de Veenkoloniën.

Lees hier meer over in de Nieuwsflits Alliantie van Kracht – oktober 2019.

Hoe kan het nu dat op sommige plaatsen goede ideeën van inwoners langzaam verzanden en niet van de grond komen? En hoe voorkom je zoiets? Wat kan je als gemeente, provincie of organisatie doen, behalve bijvoorbeeld financiële ondersteuning? CMO STAMM begeleidt verschillende grote en kleine initiatieven van inwoners en deelt de ervaringen graag. Jan van der Bij, adviseur (inmiddels oud-collega) bij CMO STAMM, heeft al tientallen bewonersinitiatieven vooruit geholpen. Die hulp kan heel verschillend zijn omdat deze altijd moet aansluiten op het initiatief zelf. Wel zijn een aantal belangrijke factoren te benoemen die een rode draad vormen. Jan: “Geld is zeker niet zo’n factor. Het perspectief is veel spannender”.

Perspectief belangrijker dan financiën; twee voorbeelden

Hoe dat zit legt Jan uit aan de hand van twee voorbeelden uit de dagelijkse praktijk. Allereerst een voorbeeld uit het Drentse dorp Gasselternijveen.

Gasselternijveen

In Gasselternijveen verdwijnt op een gegeven moment de dorpssupermarkt. Inwoners ervaren het als een groot gemis, het lijkt de zoveelste slag in het verdwijnen van dorpsvoorzieningen. Het verdwijnen van de winkel en de aanblik van het lege supermarktpand leiden tot moedeloosheid. Het idee was: ‘Het lukt hier niet meer” zegt Jan. Maar door verschillende scenario’s te schetsen, uit te proberen en te laten zien wat er wél kan, ontstaat samen met het dorp een nieuw perspectief. Inwoners gaan weer geloven in hun eigen macht en mogelijkheden en dat gaat zelfs zo ver dat er binnen een mum van tijd € 50.000,- gecrowdfund wordt door het dorp. De winkel gaat open onder een nieuwe ondernemer en het is zo’n succes dat er inmiddels een bloemen- en cadeauwinkel naast is gekomen. Dat eerste succes is zeker belangrijk zegt Jan. Dorpelingen zien “Dit kunnen we dus samen!” en gaan ook andere kansen zien. Er wordt in Gasselternijveen een coöperatie opgericht die fuseert met dorpsbelangen. De sociale huiskamer, die door haar preventieve werking Wmo-indicaties voorkomen kan, wordt draaiende gehouden met Wmo-gelden. En er wordt gewerkt aan een zorghotel in het dorp. De projecten versterken elkaar doordat bijvoorbeeld alle boodschappen voor de huiskamer bij de dorpswinkel worden gedaan.

Froombosch

In Froombosch, een ander initiatief dat Jan begeleidt, zien we dezelfde beweging. Als gevolg van de aardbevingen moet het dorpshuis gesloopt worden. De werkgroep is teneinde raad, maar gaat toch samen met Jan aan de slag. Er wordt gestart met 3 opgaven:

  • Een nieuw verdienmodel voor het dorpshuis, zodat het in de toekomst financieel gezond blijft;
  • Het versterken van de organisatie;
  • Een programma van eisen voor sloop en nieuwbouw.

Al snel blijkt dat nieuwbouw de beste optie is voor het dorp. Dat betekent wel een ingrijpend afscheid van het oude pand en haar geschiedenis. Het nieuwe gebouw biedt nieuwe kansen, maar er vallen ook dingen weg, zoals een echte sporthal. Dat maakt het proces net als in Gasselternijveen spannend. Hebben de inwoners het gevoel dat ze dit met elkaar kunnen en biedt de nieuwbouw een aantrekkelijk perspectief? Het is daarom nodig om zorgvuldig afscheid te nemen van het oude gebouw en ruimte te maken voor rouwverwerking, zoals Jan dat noemt.

In Froombosch is er een urgentie om elkaar in de toekomst blijvend te kunnen ontmoeten, ook omdat er in het gebied sprake is van aardbevingsschade en daarmee van angst en onzekerheid. Uiteindelijk ontstaan er plannen voor nieuwbouw, activiteiten, de buitenruimte en horeca. Er staat een apocalyptisch eindfeest gepland en er wordt samen met de Historische vereniging afscheid genomen van het oude pand.

Na perspectief zorgt geloof in het ‘samen kunnen realiseren’ voor nieuwe initiatieven

Is perspectief bieden dan voldoende om een dorp verder te helpen? Nee. Het is vooral ook gelukt door de enorme power van het dorp geeft Jan aan. Er is lef en zodra ze geloven in de macht van het dorp en de gemeenschap zetten ze door. Maar het spannendste in het hele traject is zeker het zelfvertrouwen van het dorp. Dat gaat langzaam en voorzichtig tijdens verschillende dorpsbijeenkomsten. Een voordeel is dat de gemeente veel ruimte en ondersteuning biedt. Ook wordt een werkgroep gevormd uit verschillende organisaties zodat alle belangen evenredig vertegenwoordigd worden.

Geef initiatiefnemers ruimte, vertrouwen en perspectief; het kan wel!

Uiteindelijk maakt het uit of diegene die initiatiefnemers tegenover zich heeft zitten in staat is om perspectief te bieden. Initiatiefnemers horen heel erg vaak “Dat kan niet, dat is niet haalbaar”. Ze komen meestal met nieuwe ideeën en invullingen die veel verbeeldingskracht en regelvrijheid nodig hebben en ook geld kosten. Soms moet er aan ideeën geschaafd worden om ze haalbaar te maken. Als gefocust wordt op de beperkingen, lijkt het snel onbegonnen werk en verzandt een goed idee. Wanneer gefocust wordt op de droom van het dorp, op de kracht van gezamenlijk optreden, op de mogelijkheden en eerdere successen en er goede voorbeelden worden gezocht, ontstaat de energie. “Als inwoners eerder te horen gekregen hebben dat het niet kan, dan denk ik: het kan wel!” zegt Jan. Dat vraagt wel wat van diegene die tegenover het initiatief zit. Je moet zelf over verbeeldingskracht beschikken en durf hebben. Het betekent ook dat een onafhankelijke rol helpt, want als overheid is het niet altijd mogelijk tegen inwoners te zeggen ‘het kan wel’. Soms is het dus goed om een onafhankelijke adviseur met initiatiefnemers mee te laten denken. Iemand die gelooft dat het kan en die dit over kan dragen, die kennis en ervaring heeft met verscheidene initiatieven en die een broekzak vol goede voorbeelden heeft.

De landelijke Week van de Alfabetisering vond dit jaar plaats van 9 tot 15 september. In deze week was er ook in Drenthe extra aandacht voor laaggeletterdheid. In Drenthe zijn meer dan 45 duizend mensen die moeite hebben met lezen of schrijven. Dit komt neer op circa 11% van alle volwassenen. In Nederland zijn dit 2.5 miljoen mensen.

Drentse Taalheldenprijs

Tijdens de start van de week van de alfabetisering werden op maandagavond 9 september de winnaars van de Drentse Taalheldenprijzen bekendgemaakt. Het team Abracadabra uit Hoogeveen is één van de drie winnaars van de Drentse Taalheldenprijs. Ook het Team HR De Groot Installatiegroep uit Emmen en Team Juf Wilhelmina uit Coevorden vielen in de prijzen. Team Abracadabra bestaat uit (voormalig) laaggeletterden die zich als taalambassadeur inzetten om informatiebrieven van overheden, organisaties en bedrijven te beoordelen op heldere taal. Hun boodschap is om zo kort mogelijke zinnen te gebruiken, makkelijke woorden en de kern van de brief bovenaan te zetten. CMO STAMM begeleidt het team Abracadabra. Afgelopen mei wonnen zij ook al de publieksprijs bij de landelijke wedstrijd ‘Vanzelfsprekend’ van Tel Mee met Taal.

Film team Abacradabra (duur: 3 minuten) om te bekijken en te delen

Bondgenootschap Naar een geletterd Drenthe

Volgens Maurice de Greef, onderzoeker Uni van Maastricht, kunnen we trots zijn op de samenwerking met ruim tachtig partijen in het Bondgenootschap ‘Naar een geletterd Drenthe’ vertelde hij in een interview met RTV Drenthe op 10 september. Het bondgenootschap heeft de ambitie om minimaal 10% van de laaggeletterden bereiken en te ondersteunen op weg naar een geletterd Drenthe. Op het kennisplatform www.naareengeletterddrenthe.nl, onderdeel van Trendbureau Drenthe, is in beeld hoe Drenthe er voor staat. Zowel de samenwerkingsmonitor als de impactmeting staat hier beschreven. In oktober worden tijdens drie regionale werksessies de onderzoeksresultaten vertaald naar concrete actieplannen.

Dinsdagmiddag 15 oktober 2019 organiseren wij de CMO STAMM Academie ‘aan het werk en toch arm?!’ Hoe krijgen we de groep werkenden die moeite hebben met rondkomen in beeld? Welke interventies bestaan er al op het gebied van werkenden in armoede? En wat zijn de ervaringen van de werkenden zelf? Dit zijn vragen waarop we tijdens onze Academie ‘Aan het werk en toch arm?!’ antwoorden geven en zoeken.

Goed nieuws! Onlangs meldde het SCP dat het aantal werkenden die moeite hebben met rondkomen is gedaald. Dit geldt ook voor Groningen en Drenthe. Maar alsnog is het aandeel werkenden onder de mensen in armoede groot, één derde van het aantal mensen in armoede heeft een baan of is ZZP’er (SCP, 2019). Dat betekent dat er nog steeds werk aan de winkel is! Daarom organiseren wij op dinsdag 15 oktober 2019 de CMO STAMM Academie ‘aan het werk en toch arm?!’.

Inzichten door middel van cijfers en ervaringen van een proactieve werkgever

Tijdens de bijeenkomst gaan wij dieper in op deze regionale cijfers. Daarnaast delen we kennis over de doelgroep werkenden die moeite hebben met rondkomen, door inzicht te geven in hoe zij het zelf ervaren. Dit doen we samen met Ron Steenkuijl, directeur Corporate Affairs van ADG dienstengroep. Met wel 50.000 werknemers in de schoonmaak, zorg en personeelsdiensten is ADG één van de grootste werkgevers van Nederland. Ron vindt dat hij als directeur van een groot bedrijf de verantwoordelijkheid heeft om samen te werken met de overheid om maatschappelijke problemen aan te pakken. Vanuit stichting Helden van de Wil (founder Ron Steenkuijl) is de app FIKks ontwikkeld. Deze app helpt mensen die het financieel moeilijk hebben op een laagdrempelige manier door ze te koppelen aan buddy’s. Daarnaast werkt Ron samen met verschillende partijen om een pilot uit te zetten om de doelgroep werkenden armen beter te kunnen bereiken.

Meer informatie

Meer weten of deelnemen? Bekijk de uitnodiging voor de CMO STAMM Academie Aan het werk en toch arm?! (PDF) met aanmeldmogelijkheid.

Helaas is er nog steeds een scheve genderbalans als het gaat het om leidinggevende posities in de wetenschap en techniek. Het Europese project Femina zet zich in voor de verbetering van de positie van vrouwen in hoogopgeleid, technisch werk. CMO STAMM is betrokken bij Femina. Tijdens bijeenkomsten overleggen we met vrouwen die gekozen hebben voor een leidinggevende carrière in de technische sector. We vroegen enkele partners binnen Femina waar ze tegenaan lopen en hoe we de sector aantrekkelijker maken voor vrouwen.

“It’s a Man’s Man’s Man’s World

Volgens Myrthe de Vries, bestuurslid bij de Vries Schilders, is beeldvorming het grootste probleem. “Je bent een vreemde eend in de bijt en je moet hard knokken voor dezelfde erkenning. Puur en alleen gebaseerd op kennis en ervaring zou er geen verschil moeten zijn, maar toch is dat er.”

Het beeld dat mannen in de techniek werken en vrouwen in de zorg bestaat helaas nog steeds. Het wordt de laatste jaren al veel meer geaccepteerd dat vrouwen een opleiding volgen in de techniek, maar toch richten veel technische opleidingen zich nog steeds vooral op mannen. Een gebrek aan vrouwelijke rolmodellen in de techniek wordt ook aangedragen als reden om als vrouw geen technische opleiding te volgen.

Myrthe vervolgt: “Ik was laatst aanwezig bij een conferentie over duurzame energie en transport. Ik ben vaak de enige vrouwelijke en jonge deelnemer. In plaats van met mij in gesprek te gaan, wordt mij gevraagd waar de koffie staat. Men ziet mij dus niet als volwaardig deelnemer, maar als lid van bijvoorbeeld de organisatie”.

Maatschappelijk relevant en energie neutraal

Als de klassen binnen technische opleidingen nog steeds voor 90% uit mannen bestaan, hoe aantrekkelijk is het dan voor vrouwen om hier tussen te gaan zitten? Volgens Myrthe ligt het probleem bij het drastische tekort aan vrouwelijke rolmodellen op de opleidingen: “Zorg ervoor dat technische opleidingen ook aantrekkelijk worden voor jonge vrouwen. Zorg hierbij ook voor voldoende vrouwelijke docenten en voldoende vrouwelijke rolmodellen, zodat meisjes zich ook kunnen identificeren met vrouwen in technische beroepen.”

Riana Christina, projectmanager Groningen Werkt, valt haar bij en voegt eraan toe dat posities voor vrouwen in de techniek aantrekkelijker en herkenbaarder moeten worden gepromoot. “Omschrijf de positie van techniek in termen die vrouwen waarderen en herkennen: maatschappelijk relevant, zorg voor de toekomst, maak de wereld beter, schoner, energieneutraal.”

Sta je mannetje!

Maar naast de broodnodige vernieuwing is het volgens Myrthe het belangrijkst dat je je ‘mannetje’ weet te staan. “Wees niet bang om je mening te geven, ondanks dat je soms als vrouw harder moet praten om gehoord te worden. Je moet er vertrouwen in hebben dat je niet onderdoet voor een man met dezelfde ervaring en kennis die jij bezit”.

Klaar voor verandering?

Wilt je op de hoogte blijven van het Europese Interreg project? Volg dan de facebookpagina van Femina.

Logo Femina Interreg

Op woensdag 26 september 2019 organiseert het kennisplatform Leefbaar en Kansrijk Groningen een congres: Sterk Groningen! Dit gebeurt in samenwerking met kennisplatform Bouwen en Versterken. Verschillende sprekers uit de wetenschap delen hier bestaande en nieuwe kennis. Ben je geïnteresseerd in de impact van de aardbevingen op Groningen? Kom dan naar het evenement Sterk Groningen!. 

Het congres gaat over de leefbaarheid en techniek in het aardbevingsgebied in Groningen. Het doel van het evenement is dat sprekers nieuwe en bestaande kennis delen rondom het aardbevingsdossier Groningen. De avond start onder leiding van cabaretier Arno van der Heyden, na de opening zal het gaan over verschillende thema’s die aan bod zullen komen tijdens deze avond.

Op het congres zijn verschillende workshops te volgen. CMO STAMM is partner in het kennisplatform Leefbaar en Kansrijk Groningen en betrokken bij de workshop over ‘het proces van versterking'(workshop 1c).  Deze workshop start om 17:00 uur. Benieuwd naar het gehele programma met alle workshops? Bekijk het programma van Sterk Groningen!.

Aanmelden is noodzakelijk vanwege een beperkt aantal plekken. Aanmelden kan op www.kennisplatformleefbaar.nl. Deelname aan het congres is gratis. Graag tot ziens op 26 september om 16:00 (inloop vanaf 15:30) uur in BuildinG, aan de Zernikelaan 17 te Groningen!

Sterk Groningen!

Dit is het tweede congres dat het Kennisplatform Bouwen en Versterken samen met het Kennisplatform Leefbaar en Kansrijk Groningen in opdracht van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) organiseert. In 2018 was Veilig Wonen! het thema van het kenniscongres Sterk Groningen!.

In Groningen zijn sommige dromen geen bedrog. Klanten van de Voedselbank hielpen elkaars wensen te vervullen. Het kan dé manier zijn om weer in contact te komen met mensen en te bouwen aan een netwerk. Dat helpt om uit de #armoede te komen. Lees meer: Groningers maken elkaars dromen waar // moedigedialoog.nl

 

De Alliantie Drentse Zorg voor Ouderen is een samenwerking tussen de Drentse gemeenten, Zilveren Kruis, huisartsen, welzijnsorganisaties, aanbieders van thuiszorg en verpleeghuiszorg, Netwerk Dementie, senioren (Denktank 60+), CMO STAMM/Trendbureau Drenthe en Proscoop. De samenwerkingspartners hebben ambitie, visie en doelstellingen in het Plan van de Alliantie Drentse Zorg voor Ouderen gevat, waarbij het thema Omschotten & Ontschotten één van de uit te werken thema’s is in 2019.

Vanaf 2015 is de zorg en ondersteuning voor ouderen anders gefinancierd en georganiseerd. Drie wetten spelen daarin een belangrijke rol: De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo), de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Wet Langdurige Zorg (Wlz). De essentie van de wetten is dat ouderen passende hulp, zorg en ondersteuning ontvangen die zo goed mogelijk aansluit op hun situatie. We weten dat ouderen nog dagelijks ervaren dat dit niet zo is. Uit de analyse Kijk op de keten – Ouderenzorg in de provincie Drenthe van Trendbureau Drenthe blijkt dat ouderen en hun mantelzorger op verschillende momenten knelpunten ervaren die te maken hebben met grensvlakken tussen de 3 wetten. Maar ook professionals ondervinden dit in de dagelijkse praktijk.

Grensvlakken bespreken

Op 14, 15 en 22 mei kwamen zo’n 150 zorgverleners samen in Emmen, Assen en Meppel om deze grensvlakken in de ouderenzorg te bespreken. De volgende knelpunten kwamen naar voren:

  • Knelpunten op het grensvlak tussen de Wmo/Zvw en de Wlz (of overgang naar de Wlz), de zorgval en hogere eigen bijdrage waar inwoners/cliënten mee te maken krijgen;
  • Onbekendheid over het aanvragen van Extra Kosten Thuis (meerzorg).
  • Het risico dat er over en weer afschuifgedrag ontstaat tussen gemeente en CIZ/zorgkantoor
  • Discontinuïteit in de zorg en ondersteuning aan mensen die hier langere tijd op aangewezen zijn; deze mensen krijgen te maken met overgangen van het ene naar het andere wettelijke kader: in crisissituaties (thuis – ziekenhuis – ELV, et cetera), en bij de overgang van de Wmo/Zvw naar de Wlz.
  • Te weinig integraliteit in de zorg en ondersteuning voor inwoner/cliënt als deze zorg en ondersteuning door verschillende professionals en organisaties vanuit verschillende wettelijke kaders geleverd moeten worden.

Tijdens deze bijeenkomsten zijn diverse ingrediënten voor oplossingsrichtingen verzameld. Een deel van deze ingrediënten worden soms al toegepast in de praktijk. Een aantal facetten zijn:

  • Meer samenwerking met CIZ;
  • Gezamenlijk en casuïstiek bespreking;
  • Actieve kennisdeling en deskundigheidsbevordering;
  • Samen met cliënt (netwerk) zoeken naar oplossingen;
  • Meer gebruikmaken onafhankelijke cliëntondersteuners;
  • De wens om ‘eerst te handelen, dan afhandelen’ met elkaar als uitgangspunt te gebruiken.

In Drenthe geven de Kernteams Integrale Ouderenzorg een goede basis waarin een deel van deze ingrediënten al oplossingen biedt.

Afspraken vervolg 2 juli

Op dinsdag 2 juli werd er een vervolg gegeven aan deze regiobijeenkomsten samen met Merkbaar Beter Thuis (VNG/VWS). In twee kleine groepen werd er gewerkt om de oplossingsrichtingen concreet uit te werken in de richting van een werkwijze waarmee in de praktijk ook geëxperimenteerd kan (gaan) worden. Hierover volgt later meer informatie.

In de provincie Groningen zijn veel verschillende organisaties en initiatieven actief. Juist in gebieden die onder druk staan door krimp en vergrijzing staan inwoners op om hun omgeving leefbaar te houden en op te komen voor kwetsbare inwoners. CMO STAMM ondersteunt samen met de Ideeënbank Groningen initiatieven en organisaties met het versterken van hun organisatiekracht. Afgelopen week in de vorm van een kenniscafé over financiën en vrijwilligers in Winschoten. Daar was goed te zien dat inwoners niet alleen van professionals, maar ook van elkaar veel kunnen leren.

Kenniscafé; kennis van inwoners zelf

Tijdens het kenniscafé op 1 juli konden inwoners hun ideeën en plannen pitchen voor andere inwoners, het VSB Fonds, de provincie en Ideeënmakelaars. Vervolgens gaven die reacties, tips en adviezen aan de pitchers. Daarna konden inwoners aansluiten bij workshops over verdienmodellen en het vinden en binden van vrijwilligers. De bijeenkomst werd georganiseerd door CMO STAMM en de Ideeënbank Groningen, in samenwerking met Steunpunt Vrijwilligerswerk Oldambt.

Financiën en vrijwilligers

Eigenlijk loopt elke groep actieve inwoners er vroeg of laat tegenaan: de vraag hoe ze hun financiën duurzaam kunnen regelen en hoe ze vrijwilligers kunnen binnenhalen en vasthouden. Ook organisaties en initiatieven die hun activiteiten onafhankelijk van geld kunnen organiseren, hebben het af en toe nodig voor bijvoorbeeld organisatiekosten. Daarnaast zijn vrijwel alle organisaties en initiatieven vaak in meer of mindere mate afhankelijk van hun vrijwilligers.

Ideeën delen en samen oplossingen bedenken

Organisaties en initiatieven zijn erg innovatief als het gaat om het oplossen van financiële en vrijwilligersvraagstukken. Maar zelden worden die goede ideeën spontaan met elkaar gedeeld.

Tijdens het kenniscafé werden inwoners uitgenodigd te reageren op elkaars ideeën en daar tips over te geven. Direct bleek dat er enorm veel kennis aanwezig was in de zaal en dat juist de diverse achtergrond van de deelnemers van meerwaarde was. Inwoners gaven elkaar tips over andere lokale organisaties die met hetzelfde bezig zijn, plekken waar geld of middelen kunnen worden gevonden. Ook kwamen er veel tips naar voren, zoals: vrijwilligers vrijstellen van contributie, de organisatie laten adopteren door een andere zodat geen rechtsvorm hoeft worden gevonden en het werven van vrijwilligers onder de ouders van kinderen die bijvoorbeeld deelnemen aan activiteiten.

In de workshops werd ingegaan op de vrijwilligers van nu en hoe deze het beste te bereiken zijn. Ook is met elkaar gekeken welke creatieve manieren er zijn om als organisatie financieel zelfstandig te zijn.

Aan het eind van de avond gingen de deelnemers niet alleen met een hoop kennis en tips op briefjes naar huis, maar ook met een hoop nieuwe lokale contacten met andere organisaties en initiatieven!

In maart 2019 sloot CMO STAMM zich aan bij de Alliantie Kinderarmoede Nederland, een samenwerkingsverband van ruim honderd organisaties. Tijdens de publieksacademie Kinderarmoede op 3 juni in de Stadschouwburg Groningen, georganiseerd door partners van de Alliantie, was er opnieuw aandacht voor de aanpak van kinderarmoede. De gezamenlijke ambitie van de Alliantie Kinderarmoede en de publieksacademie: in 2030 mag geen enkel kind meer de dupe zijn van armoede en mogen er geen nieuwe gezinnen in armoede vervallen.

Tijdens deze avond gaven verscheidene lezingen het belang van de inzet tegen Kinderarmoede aan. Onder leiding van dagvoorzitter Marijke Roskam gingen verscheidene sprekers de dialoog aan met elkaar en kwam de Kinderraad van Groningen aan het woord. Zij gaven aan wat ze belangrijk vinden voor kinderen die in armoede leven. De kinderburgemeester Jouayria vertelde aan het publiek waar, volgens haar, kinderen die in armoede leven tegenaan lopen. En Kinderombudsvrouw Margrite Kalverboer gaf aan met wat voor schrijnende gevallen zij de afgelopen jaren in aanraking kwam. De gemeente Groningen organiseerde de publieksacademie samen met het Dagblad van het Noorden, HANNN, Alles is Gezondheid, Hanzehogeschool Groningen, het ZIF en Kans voor de Veenkoloniën met medewerking van ervaringsdeskundigen.

Waardevolle inzichten, maar ook kritiek

Het was een geslaagde bijeenkomst met waardevolle inzichten waar de mensen en organisaties die zich dagelijks inzetten voor kinderen in armoede direct mee aan de slag kunnen. Het belangrijkst voor de kinderen en hun ouders is dat zij gehoord en gezien worden.

Enkele inzichten:

  • Cijfers maken veel duidelijk, maar het kind/het mens achter de getallen is het meest van belang;
  • Zorg als school dat je kinderen perspectief meegeeft;
  • Zorg dat jongeren rolmodellen hebben;
  • Stap in het netwerk van deze jongeren (zelf hebben ze vaak een klein netwerk);
  • Bij het oplossen van kinderarmoede moet het systeem dienstbaar zijn (uitgangspunt moet zijn; wat heeft dit kind nodig).

Er waren ook punten van aandacht. De zaal leende zich nauwelijks voor het voeren van een dialoog. Dit ervaarden ook enkele ervaringsdeskundigen. Zij gaven aan dat het erg jammer vonden dat er onvoldoende ruimte was voor dialoog. Ook bij het verplicht afgeven van de jas of tas tegen betaling van 1 euro was niet voldoende rekening gehouden met de aanwezige ervaringsdeskundigen.

Aanleiding

De provincie Groningen wil het vrijwilligerswerk bij (sport)verenigingen versterken. Als er niet genoeg bekwame vrijwilligers zijn, komt het voortbestaan van het verenigingsleven in gevaar, en daarmee ook de leefbaarheid.

In 2018 heeft de provincie Groningen een aantal partijen, waaronder Huis voor de Sport Groningen (HvdSG) en CMO STAMM, gevraagd om een plan van aanpak in te dienen waarin zij uitwerken hoe vrijwilligerswerk in de sport het best gestimuleerd kan worden. De provincie koos het gezamenlijke plan van HvdSG en CMO STAMM uit om uit te voeren.

Uitdaging

Vrijwilligers zijn voor (sport-)verenigingen onontbeerlijk. Zij zijn vaak de draaiende motor van de verenigingen. Doordat zij er zijn, is het voor inwoners van de provincie Groningen mogelijk om mee te doen met verenigingsactiviteiten. Meedoen met dit soort activiteiten is belangrijk voor de sociale cohesie en het biedt mensen de mogelijkheid om met anderen in contact te zijn. Het vinden en vooral behouden van vrijwilligers is niet altijd makkelijk. CMO STAMM en HvdSG willen (sport)verenigingen ondersteunen bij het ontwikkelen en borgen van een duurzame aanpak voor het werven en behouden van vrijwilligers. In zo’n aanpak is er niet alleen aandacht voor het binnenhalen van vrijwilligers, maar ook voor het begeleiden, bedanken en afscheid nemen van vrijwilligers. Dit alles lukt alleen als er een goed vrijwilligersbeleid is en verenigingen goed worden bestuurd. Die punten moeten volgens CMO STAMM en HvdSG meer aandacht krijgen.

Aanpak

Er was al behoorlijk wat informatie beschikbaar over verenigingen en vrijwilligers, zowel online als in publicaties. Die informatie hebben we toegankelijk gemaakt. HvdSG en CMO STAMM hebben een online programma ontwikkeld, onder de titel ‘Vrijwilligers&Co’. Dit programma biedt informatie, goede voorbeelden (filmpjes) en opdrachten over verschillende aspecten van het werken met vrijwilligers. Belangrijke onderdelen van het programma zijn: Binnenhalen, Behouden, Begeleiden, Bedanken en Bestuurskracht. De online omgeving is sinds 1 maart 2019 beschikbaar. Het programma is in eerste instantie ontwikkeld voor sportverenigingen, maar sinds de 2e helft van 2019 kunnen ook andere vrijwilligersorganisaties er gebruik van maken.

Verenigingen die het programma doorlopen en de opdrachten uitvoeren, stellen stap voor stap hun vrijwilligersbeleid op. Als ze alle modules hebben afgerond, hebben ze duidelijk geformuleerd hoe zij met vrijwilligers willen omgaan en wat ze doen om aantrekkelijk te zijn voor bestaande en nieuwe vrijwilligers.

Deelnemende verenigingen benoemen een ‘Co’. Dit is een vrijwilligerscommissie of een vrijwilligerscoördinator, die binnen de vereniging de uitvoering van ‘Vrijwilligers&Co’ trekt. De Co krijgt (voornamelijk e-)coaching van HvdSG en CMO STAMM.

Resultaat

In 2019 hebben 22 sportverenigingen en 2 andere vrijwilligersorganisaties gebruik gemaakt van Vrijwilligers&Co. Uit de evaluatie onder deze organisaties blijkt dat de inhoud en de vormgeving van de online omgeving over het algemeen goed aansluiten bij de behoeften. Ook de reacties op de e-coaching zijn positief.

In 2020 gaan HvdSG en CMO STAMM Vrijwilligers&Co op onderdelen verbeteren. Ook willen we in 2020 intensievere coaching aanbieden. Sportverenigingen en andere vrijwilligersorganisaties die vrijwilligersbeleid willen ontwikkelen of herijken, kunnen zich bij HvdSG of CMO STAMM aanmelden voor deelname aan Vrijwilligers&Co.

Gemeente Heerenveen wil inzicht in hoe de cliënten en hun ouders de dienstverlening van de gemeente ervaren. Het gaat daarbij om de individuele hulp en begeleiding door de gemeentelijke medewerkers zelf en de doorverwijzing door het gemeentelijke team naar passende hulp door derden. Begin 2019 is CMO STAMM begonnen met het ontwerp van een cliëntervaringsonderzoek Jeugd voor Heerenveen. Binnenkort worden de eerste cliënten benaderd om deel te nemen aan het onderzoek.

Laagdrempelig

Het doel is om de cliënten en hun ouders of verzorgers zelf feedback te laten geven op de dienstverlening op een manier die past bij hun leefwereld. De ervaring leert echter dat vooral jongeren moeilijk bereikbaar zijn als het gaat om onderzoek. Daarom werkt CMO STAMM samen met een procesgroep, waarin de gemeente en verschillende aanbieders zitten, aan een laagdrempelige online onderzoekstool. De cliënten en hun ouders ontvangen na de intake bij gemeente Heerenveen een korte vragenlijst en bij het afronden van de zorg/begeleiding opnieuw. De aanbieders, die deelnemen aan de procesgroep, hebben besloten om met dezelfde vragenlijst te gaan werken. De vragenlijst is gemakkelijk en snel in te vullen via de telefoon of tablet. In de vragenlijst wordt zo veel mogelijk gebruikt gemaakt van emoticons en symbolen.

Verdiepend onderzoek

Naast de vragenlijst vindt verdiepend onderzoek plaats door middel van interviews met cliënten en ouders of verzorgers. De resultaten uit de vragenlijst, via de app, bieden input voor de verdiepende interviews. Zo kan het verhaal achter opvallende resultaten verder geanalyseerd worden.

Resultaat

Uiteindelijk bieden we gemeente Heerenveen en aanbieders, op basis van de onderzoeksresultaten, concrete aanbevelingen waarmee ze hun dienstverlening kunnen verbeteren en de jeugd in Heerenveen nog beter kunnen ondersteunen.

Meer informatie

Interesse in het onderzoek of vragen over de mogelijkheden als het gaat om cliëntervaringsonderzoek? Neem contact op met Hermien Maarsingh.

© 2025 CMO STAMM - Disclaimer - Privacyverklaring - Sitemap

X