Tekst vergroten Tekst verkleinen Letter afstand vergroten Letter afstand verkleinen

Informatiemap Kanskaarten // Lokale aanpak van armoede.

De informatiemap Kanskaarten is uitgebracht in het kader van het project ‘Kanskaarten’. Dit project is in samenwerking met Humanitas en Solidair Groningen & Drenthe in de provincie Groningen uitgevoerd en afgrond in maart 2016. Het project werd ondersteund door de provincie Groningen en het Kansfonds.

Doel van het project is om mensen te informeren over inkomensondersteunende mogelijkheden, zowel de landelijke als de lokale aanvullende voorzieningen. Niet iedereen weet welke voorzieningen er zijn en welke wegen vervolgens bewandeld moeten worden om een beroep op bepaalde voorzieningen te kunnen doen. Het middel dat hiervoor ingezet kan worden is de Kanskaart. De kracht van het project is dat mensen persoonlijk benaderd worden. Vrijwilligers brengen deze Kanskaart langs in dorpen/wijken en halen deze twee weken later op. Zo wordt informatie dicht bij huis verstrekt en is er ruimte voor een persoonlijk gesprek. Eventuele hulpvragen worden genoteerd en lokale voorzieningen worden benaderd voor de afhandeling van de vragen.

Als onderdeel van het Kanskaarten project is de website www.armoedegroningen.nl verder ontwikkeld.

De samenwerkende organisaties in het project Kanskaarten hebben op basis van hun ervaringen een informatiemap over dit project geschreven. Met behulp van deze map kunnen inwoners in hun dorp/wijk ook zelf met het project starten.

www.armoedegroningen.nl

 

Ideeënbankgroningen.nl en burgerkrachtindrenthe.nl

Steeds meer bewoners maken werk van goede ideeën om hun leefomgeving te verbeteren. Bijna altijd moeten ze het wiel opnieuw uitvinden. Twee websites – ideeenbankgroningen.nl en burgerkrachtindrenthe.nl – steken de helpende hand uit. De websites staan bomvol inspirerende projecten, tips, advies en het beste van alles: je kan er makkelijk contact leggen met mogelijke netwerkpartners of dragers van informatie.

Uitgaan van de kracht van hun inwoners. Aansluiten bij hun ideeën. Dat is wat gemeenten graag willen. Het invullen van de daarbij behorende nieuwe rol, taak, organisatie en sturingsfilosofie van een gemeente creëert boeiende uitdagingen. Het animo om hiermee aan de slag te gaan, is in veel gemeenten groot. De grote vraag blijft alleen hoe je dit aanpakt als gemeente. Wat betekent het voor de praktijk van morgen? En waar begin je?

CMO STAMM begeleidt en traint gemeenten op innovatieve wijze in deze veranderopgave. We doen dit aan de hand van onze Routeplanner naar een nieuw DNA. De zes pijlers die we daarin onderscheiden vormen de basis voor de komende zes CMO STAMM Academies die we in 2017 organiseren. In deze academies worden per thema belangrijke lessen, ontwikkelingen en trends gedeeld, worden innovatieve voorbeelden besproken en krijg je praktische handvatten mee om zelf aan de slag te gaan binnen je gemeente.

De CMO STAMM Academies zijn als geheel te volgen, maar het is ook mogelijk losse academies bij te wonen.

De data

02-03, 15.00 tot 17.00 uur  Pijler 1: een Energieke samenleving

06-04, 15.00 tot 17.00 uur  Pijler 2: Visie en strategie

15-06, 15.00 tot 17.00 uur  Pijler 3: Elkaar begrijpen

21-09, 15.00 tot 17.00 uur  Pijler 4: Weg met de belemmeringen in je organisatie

09-11, 15.00 tot 17.00 uur  Pijler 5: Een nieuw handelingsrepertoire

14-12, 15.00 tot 17.00 uur  Pijler 6: Spelen met beleid en budget

Locatie

Van Tarel, Dorpsweg 3 Taarlo

Pijler 1: Een Energieke samenleving

Eigen kracht, samen krachtig

Actieve inwoners die de regie over hun eigen leefomgeving pakken en overheden die dit omarmen, zetten een krachtige beweging in gang. De vraag is hoe we in deze beweging omgaan met kwetsbare bewoners en/of afhakers.

Je gaat naar huis met:

  • Inspiratie uit vernieuwende voorbeelden op het gebied van burgerkracht en overheidsparticipatie en geleerde lessen uit de jongste generatie burgerinitiatieven.
  • Een gezamenlijke verkenning van het speelveld, de kansen, kaders en risico’s.

Pijler 2: Visie en strategie

De gemeente van de nieuwe werkelijkheid

De nieuwe werkelijkheid is snel, mondig, vloeibaar en constant in verandering. Dit vraagt om gemeenten met een sterke en herkenbare visie op overheidsparticipatie. Stevige en duidelijke keuzes geven richting aan je organisatie.

Je gaat naar huis met:

  • Inzicht in en duiding van de ontwikkelingen in de maatschappij.
  • De overtuiging dat het belangrijk is om een visie te ontwikkelen.
  • Theoretische en praktische kennis en handvatten om tot een visie te komen als gemeente van de nieuwe werkelijkheid.

Pijler 3: Elkaar begrijpen

De wijsheid van de minderheid

Bij overheidsparticipatie is het essentieel om elkaar te begrijpen. Zo kom je tot snelle, democratische, breed gedragen en kwalitatief sterke besluiten, waarbij sprake is van inclusie in plaats van exclusie.

Je gaat naar huis met:

  • Theoretische kennis over de wederzijdse verwachtingen die nu bestaan tussen gemeenten en inwoners op basis van de Reality Check.
  • Praktische kennis over oordeelloos luisteren en het omgaan met afwijkende invalshoeken volgens de methodiek van Deep Democracy.
  • Concrete handvatten om tot werkelijke consensus te komen in plaats van compromis.

Pijler 4: Weg met de belemmeringen in je organisatie

Het organiseren in de nieuwe werkelijkheid

De energieke samenleving vraagt om een flexibel responsieve en innovatieve overheid die van buiten naar binnen werkt. Deze eigenschappen sluiten nog lang niet altijd aan op de huidige organisatiestructuur van gemeenten.

Je gaat naar huis met:

  • Theoretische kennis over mogelijke organisatievormen, zoals de gewaagde ideeën van Code Oranje.
  • Praktische kennis over de kansen en valkuilen van de verschillende organisatievormen.
  • Concrete handvatten voor het faciliteren en stimuleren van burgerkracht en het omgaan met belemmeringen in de eigen organisatie.

Pijler 5: Een nieuw handelingsrepertoire

De weg naar meervoudige democratie

Het vertrouwen in de politiek neemt af, verkiezingsopkomsten zijn lager dan ooit en lang niet iedereen doet mee. Deze en andere ontwikkelingen veranderen de positie van de gemeenteraad als volksvertegenwoordiger.

Je gaat naar huis met:

  • Theoretische kennis over nieuwe democratie en interessante voorbeelden en experimenten.
  • Praktische kennis over wat dit betekent voor de nieuwe positie van de gemeenteraad.
  • Concrete handvatten om de gemeenteraad van de toekomst een plek te geven in jouw gemeente.

Pijler 6: Spelen met beleid en budget

Nieuwe regels, nieuwe instrumenten

Om de energieke samenleving in onze regio echt de faciliteren, is ruimte nodig om te spelen met beleid en budget. Bewoners krijgen een andere rol, zijn geen klant maar opdrachtgever en zijn daarmee bepalender voor het inrichten van hun eigen leefomgeving.

Je gaat naar huis met:

  • Theoretische kennis over nieuwe vormen van begroten, ruimte in aanbesteding van diensten en buurtrechten zoals de Right to Challenge.
  • Praktische kennis over de kansen en valkuilen van verschillende vormen zoals de burgerbegroting.
  • Concrete handvatten en instrumenten om in eigen gemeente te experimenteren met beleid en budget.

Kosten

De kosten voor het bijwonen van een CMO STAMM Academie zijn 50 euro, exclusief BTW. Bij inschrijven voor alle zes academies brengen we er slechts vijf in rekening.

Aanmelden

Een blog door (inmiddels oud-collega) Jan van der Bij

Hier en daar wordt met neerbuigendheid gesproken over burgerkracht en de volgens sommigen ronkende termen die ervoor gebruikt worden.

Het echte verhaal is dat inwoners overal verantwoordelijkheid nemen. Dat het niet gaat over gemeenten die zaken over de schutting gooien, maar over regie. De collega’s van CMO STAMM en ik staan dagelijks samen met inwoners soms letterlijk met de voeten in de modder. Om de weg naar regie te plaveien, om reuring te helpen regisseren, om ambities waar te maken. Ik laat daar graag wat van zien.

Super

Het is donker op de smalle landweg. En het is ijzig koud. Met het raampje half naar beneden tuur ik bibberend naar afwezige huisnummers. Oplettend dat ik niet tegen een dicht aan de weg staande boom rijd. Keren maar weer. Kennelijk de boerderij gemist. Ohh het was toch dat huis met die blaffende hond….

Binnen zit een bont gezelschap. Grijze mannen, twee wat jongere vrouwen, een jonge ondernemer. Met houtkachelwarmte, en met koffie en cake erbij zijn ze druk in gesprek over de dorpswinkel die vorige week dicht ging. Ik schuif aan en we praten over opties. Zelf doen? Keten vragen? Kennen we een ondernemer? Wil de Jumbo misschien een dependance? En wat betekent zelf doen? Coöperatie oprichten? En moeten we de bank er niet bij halen? Het dorp om een bijdrage vragen? Een startmeeting organiseren? We maken afspraken. Wie gaat naar de Jumbo, wie belt de ketens, wie maakt de afspraak met de bank. En een van de mannen gaat naar de failliete eigenaar om eens te horen wat er nu precies mis ging. Een week later is het wat zachter buiten, maar ik zoek opnieuw in het donker naar de boerderij… Deze avond gaat het snel: met een ondernemer, met een keten en het dorp en de bank gaan we zorgen voor een snelle heropening van de dorpssuper. Draagvlak in het dorp is wezenlijk: in geld en vooral in de vorm van mensen die hun boodschappen in de winkel gaan doen. Binnen een week na de boerderijvergadering puilt het dorpshuis uit, tweehonderd mensen zijn naar het zaaltje gekomen om hun steun aan de winkel te betuigen en te helpen zorgen dat-ie weer open gaat. Het winkelplan – neergezet door dorpsbewoners en ondernemer – ontmoet veel reuring en blijdschap. Een week later hebben bewoners en ondernemers 30.000 euro opgebracht en is de financiering voor heropening rond. Samen prikken we de dag waarop de winkel feestelijk wordt geopend.

Een groot leeg pand waar een bank in heeft gezeten. Het staat al twee jaar leeg en begint eerste tekenen van verval te vertonen. Een bladder verf hier, een roestplek daar, een bruine lekplek op een plafond op de eerste verdieping, en een klamme vochtigheid die alles overheerst en een muffe geur veroorzaakt. Het pand staat middenin het kleine detailhandelscentrum. En de leegstand is daarmee heel zichtbaar. Voor de ondernemers, voor bezoekers en toeristen. Een doorn in het oog en voor sommigen een reden het heil elders te zoeken. Wij gaan er op een dag gewoon zitten, laptops mee, even wifi regelen. De makelaar en de vastgoedeigenaar geven toestemming het pand drie maanden voor niks te gebruiken. We betalen alleen gas en licht. We maken kennis met de detailhandel rond het gebouw en vertellen wat we van plan zijn: het centrum versterken door een leeg pand te vullen, mensen te activeren en de buurten rond het centrum weer aan te haken bij hun centrum. De volgende dag bezoeken we de basisscholen in de buurt en een middelbare school. Met de vraag of ze misschien over het centrum willen tekenen of schilderen en of we dan hun werk in de winkel mogen hangen. Dat brengt een heel circus teweeg. Lopende kunstprojecten op de scholen zaten kennelijk om zo’n gelegenheid te springen. En of het nu over het centrum gaat of niet, de kleurige schilderingen, tekeningen en sculpturen van de leerlingen maken van het wat treurige pand een feest van warmte, knusheid en beweging. Want die beweging…. niet te stuiten. Idee was dat we ook af en toe nog wat zouden kunnen werken, maar de winkel staat voortdurend vol: met kinderen die kunst komen aanbieden, met trotse ouders, met buurtorganisaties, met artiesten van allerlei kaliber die dit leuk vinden en ook wel iets willen hier. En ja, eerst wat schoorvoetend, langzamerhand ook met ondernemers. Die keken eerst de kat wat uit de boom. Maar werden wel blij van de grote toeloop en de reuring. In samenwerking met hen en de scholen – en een huurdersvereniging – organiseren we een groot event rond de kunst in het pand. De bakker zorgt voor de catering, de bloemenzaak brengt prachtige boeketten, de slager maakt hapjes. De schoolkinderen zorgen voor muziek, dans en een dj. Kunstenmakers uit de omgeving gaan busken op straat en spelen sketches. Van heinde en verre komen mensen naar het pand. Daar veilen we de kunst van de leerlingen, de opbrengst gaat naar hun scholen. Het wordt een prachtige dag, waarbij de zon ons een handje komt helpen. Twee lokale burgerinitiatieven nemen hierna het stokje van ons over en krijgen ook toestemming nog een tijd gratis gebruik van het pand te maken. Inmiddels is het pand zo in de belangstelling komen te staan dat zich twee huurders hebben gemeld bij de makelaar. Een winkel start op de benedenverdieping en boven gaan een aantal projecten en drie ZZP-ers huren. Zo eenvoudig is het dus.

Coöperatie

Een kleine buurtschap vindt wat van het onderhoud van het openbaar gebied door de gemeente. “We kunnen het beter” zeggen de bewoners. In een grote schuur bij een bouwbedrijf is de kantine tot vergaderhonk omgetoverd. Daar zit een enthousiast clubje te bekokstoven hoe het anders kan met het onderhoud van bermen, sloten en klinkerwegen. Gelukkig is het zomer en kan ik de schuur met daglicht vinden. En het is warm. Zo midden in de zomer is het een genot om de auto uit te stappen bij het geïmproviseerde honk en over de velden uit te kijken. Dus hier willen de bewoners mee aan de slag. Ze willen het nog mooier maken. Ik heb een boterkoek gebakken, leuk zo bij de eerste kennismaking. Een geweldige eerste vergadering. De bewoners lopen over van ideeën en plannen. Want denk maar niet dat ze alleen maar met het openbaar gebied aan de slag willen. Ze willen een natuurterrein gaan beheren en er een theehuis neerzetten. Ze willen werk creëren voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Ze willen het vervallen treinstation – waar al decennia geen trein meer komt – in ere herstellen. Samen met recreatieondernemers en een aantal toeristische initiatieven uit de buurt willen ze hun mooie regio toegankelijk maken voor mensen van buiten. En er een verdienmodel van maken waar de gemeenschap wel bij vaart. Een coöperatie van het dorp lijkt ze wel wat. Ik mag meedenken over de opzet van de coöperatie en over het hoe en wat van het overnemen van onderhoud/beheer van het openbaar gebied. In de weken na de eerste bijeenkomst brengen bewoners en gemeente het te bestrijken areaal in beeld. En gaan ze in gesprek over het bedrag dat de gemeente voor het onderhoud zal betalen. Het hele dorp stemt in met het zelfbeheerplan. De coöperatie wordt opgericht. En natuurlijk gaat er nog het nodige overheen en moet er van alles geregeld worden, rond regels, verzekeringen, contracten, aanbesteding. Maar het volgende voorjaar rijdt een maaizuigcombinatie van het bewonersbedrijf langs de bermen! Het kàn echt!

Het zijn deze burgerinitiatieven, deze betrokken inwoners, deze kracht van de samenleving die mijn werk elke dag weer de moeite waard maken. Die de tegenbeweging vormen voor afhaken en apathie, die laten zien hoe we samen nieuwe impact kunnen maken. Want burgerkracht is het hart van de samenleving.

Onze samenleving is nog lang niet toegankelijk voor iedereen. Een grote groep mensen kan daardoor niet meedoen aan allerlei gewone maatschappelijke activiteiten.

Uit eten, naar de film gaan, iemand thuis bezoeken, internetten, geld pinnen etc. Wat zulke belemmeringen betekenen in het alledaagse leven wordt nog teveel onderschat.

Vanaf 1 januari 2017 geldt voor overheden, instellingen, ondernemers en bedrijven een inspanningsplicht om redelijke aanpassingen te doen voor de toegankelijkheid voor personen met een beperking. Het is de datum waarop de ratificatie van het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een beperking in werking treedt.

 Fysiek en sociaal

Ongeveer 20% van de inwoners ons land heeft een beperking. Het is belangrijk dat ook deze groep mensen toegang heeft tot voorzieningen als openbare ruimten, gebouwen, openbaar vervoer en informatie. Met toegankelijkheid bedoelen we niet alleen de fysieke toegankelijkheid zoals op wegen en in gebouwen, maar ook de sociale toegankelijkheid van bijvoorbeeld informatie en communicatie. Mensen in een rolstoel moeten bijvoorbeeld net als andere inwoners van de samenleving gebruik kunnen maken van het openbaar vervoer, maar ook een stemhokje moet rolstoelvriendelijk zijn. Daarnaast moet het voor laaggeletterde mensen of mensen met een verstandelijke beperking mogelijk zijn om belangrijke brieven van de gemeente in begrijpelijke taal te ontvangen.

Lokale Inclusie Agenda

Gemeenten en andere overheden zijn vrij om te bepalen hoe invulling wordt gegeven aan de implementatie van het VN-verdrag, en daarmee het beleid over toegankelijkheid voor mensen met een beperking. Een hulpmiddel hierbij is het opstellen van een Lokale Inclusie Agenda, een integraal plan van de gemeente over de implementatie van het VN-verdrag.

Wat redelijke aanpassingen zijn, verschilt per situatie. Daarom is het belangrijk dat gemeenten normen van toegankelijkheid opstellen, waaraan ze (voorgenomen) besluiten kunnen toetsen.

Wanneer iemand met een beperking vraagt om een individuele aanpassing, is de aanbieder van die goederen of diensten verplicht te onderzoeken welke oplossing mogelijk is. Een voorbeeld van een redelijke aanpassing voor ondernemers in een restaurant is dat een ober de menukaart voor kan lezen aan iemand met een visuele beperking. Om de informatievoorziening via internet toegankelijk te maken voor blinde en laaggeletterde mensen, is het belangrijk dat er op een website een voorleesfunctie is. Op dit moment is slechts 7% van de overheidswebsites toegankelijk voor mensen met een visuele beperking. Voor meer informatie over toegankelijke websites kunt u kijken op www.drempelvrij.nl.

Hoog op de agenda

Voor gemeenten en provincies is de wettelijke inspanningsverplichting een nieuwe verantwoordelijkheid. De Provinciale Staten van Drenthe maakt zich in het bijzonder sterk voor deze opgave en heeft medio 2016 een motie aangenomen voor een Toegankelijk Drenthe. In de loop van 2017 organiseert de provincie een masterclass, waarin inzichtelijk wordt gemaakt welke consequenties de ratificatie van het VN-verdrag en de wetgeving over het thema toegankelijkheid voor provinciale beleidsterreinen heeft. Ook gemeenten zijn bezig met verkenningen en voorbereidingen.

Versnellen en verdiepen: samen aan de slag

CMO STAMM onderschrijft het belang van betere toegankelijkheid voor iedereen en draagt graag bij aan bredere bewustwording. Ook willen wij de implementatie helpen versnellen door het delen van kennis. Zo vind je hier onder diverse informatiebronnen, die gemeenten en andere geïnteresseerden verder kunnen helpen.

Graag roepen wij gemeenten op om hun vragen en ervaringen met elkaar en ons te delen. Dit kan via de mail en/of sociale media. Verder overwegen wij een kennisatelier te organiseren, waarin gemeenten, adviesraden, overige belangstellenden en experts met elkaar inzichten en ervaringen uitwisselen. Graag vernemen wij of hier belangstelling voor is.

Wil je meer weten? Kijk dan hier:

Ben jij die ambtenaar die inwoners met een goed idee graag verder helpt en vraag je je af hoe je dat het beste kan doen?

Organiseer jij een mooi initiatief dat meer aandacht verdient? Of wil je graag van de ideeën van anderen leren? Voor al deze dingen kun je terecht op ons kennisplatform Burgerkracht Drenthe.

Het kennisplatform Burgerkracht Drenthe is ontwikkeld door en voor iedereen in Drenthe die iets met burgerkracht doet of wil. Het is een online plek waar initiatieven elkaar inspireren en ontmoeten. Je kan er ontdekken wat er allemaal in de regio gebeurt, ervaringen delen en leren van anderen, maar ook veel praktische tips en handleidingen vinden en informatie over financiering, regels en beleid.

Laatste nieuws in de regio

Op dit moment gebeurt er veel op het platform. We zijn bezig met een inventarisatie van alle initiatieven die van de Vitaal Plattelandregeling een bijdrage hebben gekregen via hun gemeente. We brengen deze initiatieven in beeld op de website, zorgen voor promotie en inspireren zo weer anderen. Tijdelijk zijn Guido Musch en Miraya Rook, twee jonge enthousiaste adviseurs, aangesloten om het contact met de initiatieven te ondersteunen. Ondertussen onderzoeken we op welke verschillende manieren de gemeenten de regeling toepassen, zodat zij van elkaars ervaringen kunnen leren.

Wil je geïnspireerd raken door andere initiatiefnemers, ben je op zoek naar kennis omtrent burgerkracht of ben je gewoon nieuwsgierig? Kijk dan op www.burgerkrachtindrenthe.nl.

Dorpsbewoners nemen steeds vaker en op allerlei manieren de verantwoordelijkheid voor hun dorp op zich. In georganiseerd verband, maar ook in meer lossere verbanden. Gemeenten willen ook steeds vaker in gesprek met de dorpsbewoners. Bijvoorbeeld over de toekomst van een dorp of wijk, omdat er bijvoorbeeld scholen of voorzieningen verdwijnen; of over wat bewoners graag zouden willen met hun dorp of wijk en wat ze daar zelf in kunnen betekenen. Met wie gaan gemeenten dan in gesprek? Soms met het hele dorp. In sommige gemeenten zijn dorps- en wijkvertegenwoordigers hiervoor het aanspreekpunt. In andere gemeenten zijn er geen vaste aanspreekpunten en wordt er op andere manieren contact gezocht.

De gemeenten Delfzijl, Appingedam, Eemsmond en Loppersum willen van hun inwoners graag weten hoe de gemeente het beste met dorpen en wijken in gesprek kan gaan. Het Sociaal Planbureau Groningen voert hiervoor deze maand een onderzoek uit onder de leden van het Groninger Panel uit deze gemeenten. Het onderzoek betreft o.a. vragen over hoe bewoners de contacten tussen hun dorp of wijk met de gemeente graag geregeld willen hebben. En over hoe volgens bewoners deze communicatie nu georganiseerd is en hoe die het beste georganiseerd kan worden, nu en in de toekomst.

Met de resultaten van het onderzoek willen de vier gemeenten concreet aan de slag. De resultaten worden doorvertaald naar de wijze waarop de gemeente met de dorpen in het vervolg in gesprek gaat.

eemsdelta-leeft

 

Heeft iedereen wel gelijke kansen op de stagemarkt? Zo wordt dat niet ervaren. Een belangrijk deel van de studenten met een niet-westerse achtergrond heeft hierin geen vertrouwen. Stagediscriminatie lijkt vaker voor te komen bij meisjes met een hoofddoek. Dit kan ook ernstige gevolgen hebben voor hun kansen op de arbeidsmarkt.

Iedereen moet mee kunnen doen en hiervoor gelijke kansen krijgen. Met dit voor ogen heeft CMO STAMM en het Meldpunt Discriminatie Drenthe het project ‘Stage als Springplank voor iedereen’ ontwikkeld. Dit project start binnenkort dankzij een projectsubsidie van de Stichting Noorderberk.

Met dit project willen we een aanpak ontwikkelen om discriminatie van mbo-studenten met een hoofddoek op de stagemarkt in Noord-Nederland te verminderen. In samenwerking met studenten, scholen, leerbedrijven. Daarom onderzoeken we eerst in welke mate meisjes met een hoofddoek in Noord-Nederland worden gediscrimineerd op de stagemarkt in het mbo. En wat er is nodig is om deze discriminatie terug te dringen.

Ben je student, school of leerbedrijf en ben je geïnteresseerd om hieraan deel te nemen? Neem dan contact met ons op!

Er is nogal wat veranderd op het gebied van zorg. De gemeenten zijn sinds 2015 verantwoordelijk voor de zorg en ondersteuning van hun inwoners. Dit is een grote verandering, voor de gemeente zelf én voor de inwoners.

Hoe ervaren cliënten de nieuwe werkwijze? Zij zijn de ervaringsdeskundigen die kunnen vertellen wat er goed gaat, waar ze zich zorgen over maken en wat er beter kan. Een cliëntervaringsonderzoek geeft hier zicht op, het is dus een belangrijk instrument in de monitoring van de situatie en de resultaten van de transities.

Jaarlijkse onderzoeken

In de nieuwe Wmo, Jeugdwet en Participatiewet is bepaald dat gemeenten een representatief cliëntervaringsonderzoek moeten uitvoeren en daarover jaarlijks moeten rapporteren aan de minister. Het onderzoek telt drie hoofdthema’s: het contact met de gemeente, de kwaliteit van de ondersteuning en het effect van de ondersteuning op het leven van de cliënt.

Welke vragen?

De landelijke eisen die worden gesteld aan de cliëntervaringsonderzoeken Wmo en Jeugdwet bepalen voor een groot deel de wijze waarop CMO STAMM het onderzoek uitvoert. Voor participatie liggen er nog geen landelijke richtlijnen.

Voor de maatschappelijke ondersteuning is er een verplichte, gevalideerde standaardvragenlijst.

Voor de jeugdhulp is een modelvragenlijst beschikbaar gesteld, ontwikkeld met St. Alexander en de UvA en getoetst bij een aantal gemeenten. Een belangrijke eis waar dit cliëntervaringsonderzoek aan moet voldoen is dat de anonimiteit van jongeren, die in het geheim jeugdzorg ontvangen gewaarborgd wordt. Afgelopen jaar was het voor de Drentse gemeenten nog niet mogelijk een betrouwbare steekproef te maken waarbij jongeren die anoniem jeugdzorg ontvangen konden worden uitgesloten.

Meer vraag naar kwalitatief onderzoek

Gemeenten willen naast cijfers ook een rijker beeld hebben van de ervaringen van cliënten en burgers en ze kiezen daarom voor een kwalitatieve aanvulling op het kwantitatieve cliëntervaringsonderzoek. Een kwalitatief onderzoek is dan een noodzakelijke aanvulling op de (verplichte) cijfers. Ervaringen en beleving van de cliënt in woorden. CMO STAMM ondersteunt gemeenten hierin.

We voeren voor een aantal gemeenten in 2017 aanvullend kwalitatief onderzoek uit onder cliënten. Wij zijn zeer ervaren met het uitvoeren van kwalitatief onderzoek onder cliënten. Denk hierbij aan focusgroepen, versnellingssessies (digitale brainstorm) en telefonische interviews.

Integraal onderzoek of per apart domein

Gemeenten kunnen ervoor kiezen om aparte cliëntervaringsonderzoeken uit te voeren voor Wmo, Jeugd en Participatie. Of deze onderzoeken meer integraal te organiseren. Bij een integrale benadering worden de verschillende cliëntervaringsonderzoeken zo veel mogelijk op elkaar afgestemd, zowel qua inhoud als qua planning. Dit kan de (kosten-)efficiency en de kwaliteit van de onderzoeken vergroten. En ook niet onbelangrijk; waar mogelijk de cliënten ontlasten, doordat zij minder vragenlijsten hoeven in te vullen.

Onze ervaringen: samen sterk

CMO STAMM en het Sociaal Planbureau Groningen werken op het gebied van de cliëntervaringsonderzoeken voor en samen met de Groningse en Drentse gemeenten. Die gezamenlijke aanpak wordt als erg waardevol ervaren.

De uitkomsten van de cliëntervaringsonderzoeken Wmo presenteren we op http://clientervaringsonderzoek-wmo.nl.

Wilt u meer weten over onze aanpak? Neem dan gerust contact met ons op.

Wat hebben mensen echt nodig om goed te kunnen leven? Een heldere vraag en een mooie leidraad voor het opstellen van beleid. Het zorgbeleid van de overheid sluit echter lang niet altijd goed aan op het leven van mensen.

Dat werd heel erg duidelijk tijdens de werkconferentie die Zorgmonitor Groningen op 25 november 2016 organiseerde. Thema was: ‘zorg in de wijk’. De rode draad in het programma was de verbinding tussen het leven van gewone mensen (met of zonder zorgvraag) en het zorg- en ondersteuningsbeleid van de overheid. Vooral in de film met ervaringen van wijk- en dorpsbewoners en in de presentatie van hoofdspreker Erik Dannenberg bleek dat die verbinding regelmatig hapert.

Regels staan in de weg

Greet Stiekema uit Kloosterburen, die haar verhaal deed in de film, kreeg een groot applaus van de aanwezigen voor wat ze zelf haar ‘burgerlijke ongehoorzaamheid’ noemde. Ze had de man van haar hulp te vragen een leuning te monteren bij haar voordeur, in plaats van hiervoor een beroep te doen op de Wmo en de wooncorporatie. Zo vermeed ze een lange wachttijd. Ook Anne Hilderink van coöperatie Klooster & Buren heeft te maken met belemmerende regels en schotten in de zorg. ‘We moeten met de zorg terug naar de essentie’, bepleit zij in de film. ‘Wat hebben mensen echt nodig om goed te kunnen leven’ moet volgens haar de leidraad zijn. ‘En dat scheelt ook nog eens ongelofelijk veel geld.’

Inclusieve samenleving

Erik Dannenberg sloot hier in zijn lezing op aan. Hij inspireerde door de vinger op de zere plek te leggen. Zo toonde hij een dia met twee bruggen. Eén daarvan leek alleen geschikt voor mensen die goed ter been zijn. De tweede, die er direct naast lag, leek óók toegankelijk voor mensen met een rollator of in een rolstoel. Waarom niet één brug gemaakt waar iedereen overheen kan, vroeg Dannenberg zich af. Zijn eigen antwoord was dat het typerend is voor hoe we in Nederland omgaan met mensen met een beperking of zorgvraag. We ontwikkelen een speciaal aanbod in plaats van onze gewone voorzieningen en activiteiten wat aan te passen, zodat ze toegankelijk zijn voor iedereen. Met andere woorden: de inclusieve samenleving is nog niet verankerd in ons denken en doen, maar er zijn mogelijkheden.

© 2025 CMO STAMM - Disclaimer - Privacyverklaring - Sitemap

X